Zo Leren Kinderen Leren

Afl 04 Sterke Nek- en Rugspieren voor Goede Oogvolgbeweging

Deze week legt Ciska uit waarom het voor de oogvolgbeweging zo belangrijk is dat bij kinderen het hele nekgebied goed ontwikkeld is.


Bij alles wat we in dit jaar gaan doen is het belangrijk om iedere dag te oefenen zodat de kinderen er echt goed in kunnen worden. Hieronder staan een aantal ideeën en spelletjes en je komt vast zelf ook nog wel op dingen die je kunt doen. Je hoeft natuurlijk niet alles iedere dag te doen maar kies er een paar uit. Probeer wel het liggen op de buik iedere dag met alle kinderen te oefenen. Voor de verankering in het lichaam is het essentieel dat er iedere dag geoefend wordt.
Praktische tips

  • Laat je kind thuis eens wat meer liggend op de buik doen: samen een boekje lezen of plaatjes kijken, puzzeltje maken, kijken hoe hoog het een toren van blokken kan bouwen enz. Dit is nog belangrijker als je merkt dat je kind moeite heeft om zijn hoofd goed omhoog te houden. Als je hier iedere dag aandacht aan besteedt dan zal het steeds gemakkelijker worden. Je kind leert op deze manier dat je door te oefenen de dingen steeds een beetje beter kunt. Heel belangrijke ervaring voor het leerproces later omdat in het abstracte leren de eigen vorderingen voor het kind lang niet altijd even goed zichtbaar zijn. Maar het heeft dan al wel de ervaring gehad dat het kan leren door te oefenen waardoor het meer kans heeft om door te kunnen zetten en het niet meteen op te geven.
  • Laat je kind op de buik liggen en laat het een bal tegen de muur rollen zodat die weer terug kaatst. Proberen om die bal dan ook weer te vangen is de volgende stap maar vertel je kind dat niet maar geeft het de gelegenheid om dit zelf te ontdekken.
  • Ga met de kinderen op de buik liggen. Vertel een verhaaltje of lees een boekje voor. Probeer zoveel mogelijk te voorkomen dat kinderen hun hoofd met hun handen gaan ondersteunen. In het begin mag dat nog wel maar het is natuurlijk de bedoeling dat ze het langer vol gaan houden om hun hoofd omhoog te houden. Op de ellebogen steunen mag natuurlijk wel.
  • Zing een liedje zoals “deze vuist op deze vuist”. Laat de kinderen liggend op hun buik de vuisten op elkaar doen en kijken hoe ver ze naar boven kunnen komen.
  • Geef kinderen werkjes die ze op hun buik op de grond kunnen doen zoals een puzzel.
  • Ga met de kinderen het omrollen oefenen. Niet kopje duikelen maar het rollen via de zijkanten van hun lichaam (in de lengte). Maak een aantal rijen (een flink stukje uit elkaar) aan de ene kant van de speelzaal. De eerste kinderen beginnen met het rollen naar de andere kant en als ze een stukje op weg zijn dan mogen de volgende uit de rij. Is de afstand voor het begin te groot, begin dan halverwege de zaal of nog dichter bij het doel als dat nodig is.
  • Bekijk onderstaande video. Dit is een belangrijk spelletje waardoor kinderen leren letterlijk en figuurlijk hun ogen en vooral ook aandacht te richten en te fixeren. Heel belangrijke vaardigheden voor het leren op school. Speel dit spelletje met je kind of als je ook nog grotere kinderen hebt kijk dan of de kinderen het samen kunnen spelen. Heb je geen bal, neem dan een lamp (die uit is) of een ander punt op het plafond waar je kind zich op moet richten. Dit is op school, in een klas met meerdere kinderen tegelijk, moeilijker te doen.

Voor deze activiteiten heb je wat meer ruimte en/of kinderen nodig

  • Plak, als de kinderen daar aan toe zijn, met schildersplakband een streep over de grond. Het is de bedoeling dat de kinderen met hun schouders over de streep blijven rollen, dus in een rechte lijn. De kinderen moeten nu echt goed opletten hoe ze rollen en meer bewustzijn krijgen over waar ze zijn en hoe ze hun lichaam bewegen. Je zou een of twee rijen, met kinderen die al heel goed kunnen rollen, dit kunnen laten doen.
  • Geef de kinderen ieder een bal en die ze die tegelijk naar elkaar rollen. Ze kunnen er voor zorgen dat de ballen netjes naast elkaar af rollen maar ze kunnen ook proberen om de ballen te laten “botsen”.
  • Ga met de kinderen op de buik liggen. Vertel een verhaaltje of lees een boekje voor. Probeer zoveel mogelijk te voorkomen dat kinderen hun hoofd met hun handen gaan ondersteunen. In het begin mag dat nog wel maar het is natuurlijk de bedoeling dat ze het langer vol gaan houden om hun hoofd omhoog te houden. Op de ellebogen steunen mag natuurlijk wel.
  • Zing een liedje zoals “deze vuist op deze vuist”. Laat de kinderen liggend op hun buik de vuisten op elkaar doen en kijken hoe ver ze naar boven kunnen komen.
  • Je kunt misschien een paar dingen, die je anders zittend in de kring doet ook liggend op de buik in de kring doen.
  • Ga met de kinderen in de kring, op de buik liggen. Noem de naam van een kind en rol een zachte bal er naar toe. Dit kind rolt de bal weer naar jou terug. Dit is meteen een goede visuele oefening voor alle kinderen. Je kunt ook de kinderen de bal naar elkaar laten rollen.
  • Geef kinderen werkjes die ze op hun buik op de grond kunnen doen zoals een kralenbord of een puzzle.

Wat leren kinderen hier van (nieuw)

  • timing: op precies het goede moment iets kunnen doen. Voor veel dingen is een goede timing belangrijk. Het is belangrijk je er bewust van te worden dat op sommige momenten je tot actie over moet kunnen gaan en dat je op andere momenten juist nog even moet wachten voordat je iets doet.
  • integratie van vaardigheden: ogen, gehoor en lichaam leren om samen te werken. Je hoort wat (de instructie), je maakt je een voorstelling van wat je moet doen, je richt jezelf (visueel) daar op en je zet je lichaam in om dat voor elkaar te krijgen. Heel belangrijk voor het leerproces op school.
  • oriëntatie in de ruimte: gevoel voor boven, onder, links en rechts. Dit soort spelletjes geven kinderen steeds andere ervaringen van de ruimte om hen heen en hoe zij zich zelf t.o.v. die ruimte bewegen
  • lichaamsoriëntatie: je eigen lichaam kennen en weten hoe je je lichaam in de ruimte moet bewegen om dat wat je wilt, of wat er van je gevraagd wordt, voor elkaar te kunnen krijgen